Wethouder Feitsma maakt van festivalbeleid potje van onnavolgbare proporties

augustus 2018

In een normaal functionerende democratie had wethouder Sjoerd Feitsma (PvdA) zich al lang achter zijn oren gekrabd en tegen zichzelf gezegd: er moet toch iemand anders te vinden zijn die mijn taak beter uitvoert; ik stap op. In die normaal functionerende democratie had de fractievoorzitter van zijn partij allang gezegd: Sjoerd, zie om naar een andere functie, dit kan zo niet langer. Is de rol van de fractievoorzitter van de PvdA inmiddels ineengeschrompeld tot een louter ceremoniële functie?

Sjoerd Feitsma, de Leeuwarder wethouder van financiën en cultuur, heeft van het festivalbeleid in recreatiegebied De Groene Ster een potje gemaakt van bijna onnavolgbare proporties. Feitsma stapelt de ene flater op de andere en de enige die hem corrigeert, is de voorzieningenrechter. De rechter tikt jurist Feitsma om de haverklap op de vingers en is, getuige zijn laatste uitspraak, hogelijk verbaasd over hoe de gemeente Leeuwarden en wethouder Feitsma de regels nu weer aan hun laars lappen.

Want ondanks het gekrakeel van enkele feestgangers en hun sympathisanten is dat waar het om draait. Als je regels opstelt, zul je die zonder aanzien des persoons moeten handhaven. Een consistente en consequente uitvoering van die regels is geboden, anders ligt er willekeur op de loer. Waar Sjoerd Feitsma echter consistent en consequent in is, is nu juist de regels bagatelliseren, oprekken, niet van toepassing verklaren en naar eigen inzicht interpreteren. De rechter spreekt zelfs van obstructie.

Niet eerder is, voor zover bekend, de gemeente Leeuwarden publiekelijk zo stevig terechtgewezen als in de kwestie rond de festivals in recreatiegebied de Groene Ster. Wie de verslagen van de voorzieningenrechter, opgesteld over een reeks van jaren, erop naleest, valt van de ene verbazing in de andere. Ook bij andere zaken (o.a. vastgoed) viert eigengereide bluf bij de gemeente Leeuwarden de boventoon. Die houding gaat ten koste van respectabele Leeuwarder burgers die als gevolg hiervan gedwongen worden juridisch strijd te voeren tegen een machtig overheidslichaam. Een kostbare strijd bovendien. Niet alleen betaalt men duizenden euro’s aan kosten voor de eigen advocaat, ook de tegenstander (de gemeente Leeuwarden) wordt voor een deel door de aanklagers(via de belastingen) gefinancierd. En dat terwijl de regels in feite helder zijn. Dit zou een punt van zorg voor de gemeenteraad moeten zijn.

Ik geloof niet dat er iemand te vinden is die tegen festivals is, alhoewel dit door enkele feestgangers en sympathisanten wel wordt gesuggereerd. Waar het om gaat, is dat de gemeente Leeuwarden voor de komst van deze festivals een goed ingericht festivalterrein beschikbaar had moeten stellen. Niets meer en niets minder. Hoe moeilijk kan zoiets zijn? De keuze voor de Groene Ster is een verkeerde gebleken. Dat blijkt ook uit de brief (hier te vinden) die de organisatoren van het festival Psy Fi in de winter van 2015 naar de raad heeft gestuurd. De honden lusten er geen brood van. De teneur van de brief is dat de gemeente Leeuwarden op diverse punten schromelijk tekort is geschoten. De organisatoren tonen met voorbeelden duidelijk aan dat de gemeente obstructie pleegt ten opzichte van hun eigen burgers. De inhoud, die overigens niet is tegengesproken, is ronduit ontluisterend, zo niet beschamend voor de gemeentelijke organisatie.

En nu buitelt iedereen over elkaar heen. Curieus ‘beargumenteerde’ ingezonden brieven (o.a. Jan Dijksma in de LC, die een vleugje ouderwetse rock ’n roll inbrengt door te zeggen: fuck de regels!) gaan gepaard met dreigementen die doen denken aan de chantage die de Aegon (we verhuizen naar Drachten) en Joop Mulder (die jarenlang hetzelfde deuntje zong na afloop van zijn Oerol-festival: ik stop met Oerol wanneer ik niet meer subsidie krijg) eerder ten toon spreidden. Organisator Sjoerd Bootsma laat in de LC vrolijk optekenen dat hij ondanks alle ellende nog op uitstekende voet verkeert met de gemeente Leeuwarden en wethouder Sjoerd Feitsma. Het is een bijzondere uitspraak, maar in het licht van de messiaanse uitstraling van Bootsma met zijn vele volgelingen ook weer niet uitzonderlijk. Sjoerd en Sjoerd, dat zijn me er twee. De warme omhelzing van de hippe versie van Lou de Palingboer, niet gespeend van privébelang, lijkt mij een reden te meer voor Feitsma om zijn knopen te tellen.

Ik weet niet of Sjoerd Feitsma nog zin heeft in verdere juridisering van de festivalproblematiek, maar de rechter is er  in ieder geval goed klaar mee. Ik weet ook niet of de raad van de gemeente Leeuwarden zich nog langer laat inpalmen door de mooiweerpraat van de verantwoordelijken voor dit desastreuze beleid, maar ik mag hopen dat de hitte van deze dagen tot nieuwe inzichten leidt. Het probleem ligt dieper dan alleen de festivals.

Laat de zon maar stevig branden.

Andries Veldman